Verder naar inhoud
Terug naar overzicht

IMG: nader advies diepe bodemdaling en -stijging nodig

456.jpg

Het IMG heeft de TU Delft en TNO gevraagd om nader advies over de kans op schade door diepe bodemdaling en -stijging, veroorzaakt door de gaswinning uit het Groningenveld en de gasopslag bij Norg. In afwachting van dat advies worden er in een specifiek deel van Groningen en Drenthe voorlopig geen besluiten genomen over nu circa 1.250 schademeldingen.

<Update 29 december 2020> 

Begin volgend jaar duidelijkheid over nader advies diepe bodemdaling en -stijging

Het advies over de kans op schade door diepe bodemdaling en -stijging, veroorzaakt door de gaswinning uit het Groningenveld en de gasopslag bij Norg wordt begin volgend jaar opgeleverd door TNO en TU Delft.

In afwachting van dat advies blijft de situatie in het specifieke deel van Groningen en Drenthe waar dit advies over gaat zoals deze sinds 31 augustus 2020 was. Er worden in het gebied voorlopig geen besluiten genomen over schademeldingen en er worden er tijdelijk geen nieuwe schade-opnames gepland.

 

Aanleiding van het nadere advies

Aanleiding voor de maatregelen vormen meerdere signalen. Zo nam het aantal afwijzingen van dossiers de afgelopen maanden toe in een specifiek gebied. Een gebied waar geen schade kan zijn ontstaan door aardbevingen, maar waar wel diepe bodemdaling en -stijging plaatsvond. Die afwijzingen leiden tot vragen en onrust onder schademelders.

Aan de basis van deze afwijzende besluiten lagen adviezen van onafhankelijke deskundigen in individuele gevallen. Zij hebben in die dossiers geadviseerd de aanvraag af te wijzen omdat er geen schade door trillingen kan zijn veroorzaakt, maar volgens hen ook bodemdaling- en stijging niet relevant was voor het ontstaan van de schade. In die gevallen had de schade een autonome oorzaak, aldus de deskundigen.

Uniforme afhandeling

Het IMG wil nu, voordat het meer afwijzende besluiten over dit soort schademeldingen neemt, eerst meer zekerheid. Vooral ook om een uniforme afhandeling van grotere aantallen te waarborgen. De TU Delft en TNO zijn daarom gevraagd nader advies uit te brengen over de kans op schade door diepe bodemdaling en -stijging voor zowel het Groningenveld als de gasopslag Norg. Naar verwachting zal het opstellen van dat nadere advies enkele maanden in beslag nemen.

effectgebieden Huizinge en bodemdaling en stijging

Het specifieke gebied

Het gaat om de volgende gebieden: bij ‘1’ gaat het om het gebied dat buiten de onderste rode cirkel ligt (effectgebied beving van Huizinge augustus 2012), maar binnen het groene deel (effectgebied bodemdaling en -stijging gasopslag Norg). Bij ‘2’ gaat het om het gebied dat buiten diezelfde onderste rode cirkel ligt, maar binnen het groen deel (effectgebied bodemdaling en -stijging Groningenveld). Download de kaart hier als pdf.

Afhandeling tot nu toe

Sinds 19 maart 2018 zijn er ruim 700 schademeldingen afgehandeld in die twee gebieden samen door het IMG (en zijn voorganger de TCMG). Er werd bij 661 schademeldingen vergoeding toegekend en bij 57 schademeldingen geen vergoeding. Meer dan de helft van de afwijzingen vond in de laatste twee maanden plaats. Er staan nu nog ruim 1.250 schademeldingen open.

Komende maanden

In afwachting van het nader advies worden er geen besluiten genomen op die 1.250 openstaande schademeldingen. Ook worden er tijdelijk geen nieuwe schade-opnames gepland. De reeds geplande schade-opnames gaan door en adviesrapporten die in de maak zijn, worden afgerond.

Nieuwe inzichten

Het IMG begrijpt dat het afwachten van het advies van de TU Delft en TNO en de gevolgen die het IMG daar aan kan verbinden, voor de betrokken schademelders een periode van onzekerheid betekent. Tegelijk kan het IMG zijn ogen niet sluiten voor nieuwe inzichten en ontwikkelingen. Het IMG vindt het daarom van belang dat dit nu diepgaand wordt uitgezocht. Als semi-rechtelijke instantie heeft het de opdracht rechtvaardig besluiten te nemen overeenkomstig het bestuursrecht en het burgerlijk recht. Het kan betekenen dat aanvragen anders beoordeeld worden dan in een periode daarvoor gebeurde als gevolg van voortschrijdend inzicht.