Verder naar inhoud
Terug naar overzicht

Bijna alles in het dorp gaat plat, maar ‘Samen eten’ blijft

Het jaar 2012 heeft een bijzondere lading in de provincie Groningen. Dat was het jaar van de aardbeving bij Huizinge, die de gevolgen van de gaswinning in één klap op de kaart zette. Maar voor de inwoners van Ten Post is het óók het jaar dat ‘Samen eten’ startte. Een warm initiatief om de verbinding in het dorp te behouden en elkaar door de aardbevingsellende heen te helpen.
Rechts  op de foto scheppen de koks het eten op de borden die de gasten, links, vasthouden. Men lacht en praat.
Het verhaal van:
Mariska Dijksterhuis, Simone Zuidema, Annet Merema, Jeanet Schutter, Annet Wilkens en Thea IJpma
Plaats:
Ten Post

Altijd lekker

“Elke maand schuiven zo’n 60 inwoners aan om mee te eten”, vertelt Annet Wilkens, een van de zes vrouwen die voor het dorp koken. “Het wordt enorm gewaardeerd. Ze vinden het eten altijd lekker en we krijgen altijd applaus. Maar daar is het ons niet om te doen. We doen het om mensen een kans te geven elkaar te ontmoeten en bij te praten. Zo stimuleren we de leefbaarheid in Ten Post en helpen we elkaar al elf jaar door de aardbevingsellende heen.”

Het gaat er altijd over

Mariska Dijksterhuis, Simone Zuidema, Annet Merema, Jeanet Schutter, Annet Wilkens en Thea IJpma zijn vanaf de start de drijvende kracht achter ‘Samen eten’. Elke maand komen ze bij elkaar om het menu te bedenken en de taken te verdelen. Het zijn gezellige avonden, waarop onvermijdelijk het aardbevingsdossier ter sprake komt. Al was het maar omdat er altijd wel íemand schade heeft, in een wisselwoning woont, of wacht op uitsluitsel over de versterking.

Thea: “In het dorp gaat het er áltijd over. Ik woon hier sinds 2011. We hebben een prachtig huis en niet veel schade. Maar als ik dit allemaal had geweten, waren we hier niet naartoe gekomen. Als je ergens gaat wonen, verwacht je niet dat binnen een paar jaar het halve dorp wordt afgebroken. Dat er nog maar één gespreksonderwerp is.”

Wat is thuis?

Mariska is geboren en getogen in Ten Post. “Alle huizen waarin ik heb gewoond, zijn weg. De kerk gaat plat, de sporthal, de school misschien ook. Alles van mijn jeugd is straks gewoon weg. Dat is best gek. Ik hoop dat het makkelijker wordt. Dat het aardbevingsdossier net als corona naar de achtergrond verdwijnt en we er niet meer de hele tijd mee bezig zijn. Maar nu zit ik er nog middenin. Letterlijk. Drie weken geleden ben ik in een wisselwoning getrokken. Mijn oude huis wordt gesloopt. De bouw van mijn nieuwe huis is nog niet begonnen. Ik weet niet meer wat thuis is.”

Annet herkent het gevoel. “Wij komen net uit de wisselwoning waar we twee jaar hebben gewoond. In die tijd werd ons oude huis gesloopt en het nieuwe gebouwd. Daar hebben we niet om gevraagd. Het was een prima huis, we hadden het er goed naar de zin. Maar het was niet veilig, dus dan moet je wel. Vier weken geleden kregen we de sleutel van ons nieuwe huis. We liepen er rond, vonden het prachtig. En het helpt echt om die zes hele vervelende jaren af te sluiten. Maar het voelde niet als thuis. Thuis was, gek genoeg, de wisselwoning.”

Ergens wringt het

Niet ieder huis in Ten Post zit in een sloop-nieuwbouw traject. Inwoners met lichte schade melden die bij het IMG. Andere huizen worden ‘alleen maar’ versterkt. En ergens wringt dat. “De kern van het dorp wordt bijna helemaal vervangen”, weet Annet. “Maar de huizen langs het lint, het Damsterdiep, die blijven staan. Hun schade wordt vergoed, maar ze moeten die scheuren wel zelf (laten) repareren. Het zorgt voor scheve ogen en spanning in het dorp.”

Een kennis van Annet Merema had het er eerst ook moeilijk mee. “Hij zei ronduit dat hij jaloers was en dat begreep ik ook. Maar nu hij ziet hoeveel gedoe sloop-nieuwbouw geeft – de onzekerheid, het verhuizen, het wachten – is hij blij dat zijn huis kon blijven staan. ‘Bij mij is het tenminste al af, ik kan het achter me laten’, zegt hij.”

Eten verbindt

Wat is gebleven, is ‘Samen eten’. Simone: “Alleen in de coronaperiode kon het niet. Maar verder is het altijd volle bak. Sommige mensen komen elke maand, anderen schuiven een enkele keer aan. We hebben door de jaren heen ook bijzondere mee-eters gehad: de burgemeester, wethouders, NCG, zelfs de commissaris van de Koning! Soms pakken we extra uit. Met kerst versieren we de zaal, in de zomer slepen we de tafels naar buiten voor een barbecue. Een keer aten we tijdens het WK voetbal. Toen stonden de tafels in rijen achter elkaar en keken we de wedstrijd samen op een groot scherm.”

“Eten verbindt”, denkt Thea. “En het is een plek voor ontmoeting. Als je niet werkt, geen kinderen op school hebt en niet bij de voetbalvereniging zit, dan zie je niemand. Samen eten is dan heel gezellig. Het helpt ons ook om door de versterking heen te rollen. Ach, ik wil er niet teveel over nadenken. Als ik mijn kop in het zand steek en mijn man de schades regelt, kan ik hier prima wonen.”

2.	De zes vrouwen die elke maand in Ten Post koken voor hun dorpsgenoten, lachend op een rij met schorten voor.

De dames van 'Samen eten' achter het toetjesbuffet.