Alles is hier heel snel verleden tijd
- Het verhaal van:
- Jan Zeeman (64)
- In het huis sinds:
- 2020
- Versterking:
- Schade bij mijn vorige huis in Delfzijl
- Plaats:
- Appingedam
Droom om fotograaf te worden
“Toen ik negentien was, vertrok ik uit Delfzijl en ging ik studeren in Groningen. Of studeren, hbo is een opleiding, toch? Ik deed een opleiding tot bibliothecaris, maar eigenlijk was het mijn droom om fotograaf te worden, noem het gerust een natte droom. De eerste foto’s die ik maakte waren bagger. Reden voor mijn moeder om oom Siep uit Amsterdam te vragen of hij mij op sleeptouw wilde nemen. Hij fotografeerde al langer en heeft mij in een middag alles uitgelegd. Mijn foto’s werden daarna steeds beter.”
De lucht is hier schoner en het licht mooier
"Na een paar jaar gewerkt te hebben in de bibliotheek in Lewenborg, kon ik voor twintig uur aan de slag bij de afdeling Documentatie van het Nieuwsblad van het Noorden. Zo heette de krant toen, wat nu Dagblad van het Noorden is. Van mijn eerste salaris heb ik mijn eerste camera gekocht, een Konica C35. Ik wilde eigenlijk een Rollei, maar die was twintig gulden duurder. Dat was toen nog veel geld. Vervolgens werd ik laborant bij de fotodienst en kreeg ik mijn eerste fotoklusjes. Zoals voor de kabelkrant en op feesten en partijtjes. Begin jaren negentig werd ik echt nieuwsfotograaf voor de krant, ik was toen in de dertig.
Na jaren in Groningen te hebben gewoond, verhuisde ik begin 2000 weer naar Appingedam. De stad is leuk en heeft veel te bieden, maar ik voel mij hier in de omgeving meer op mijn plek. Binnen tien minuten wandel je door het wierdenlandschap, een half uur later sta je op de dijk aan de Eems met je kop in de wind. De lucht is hier schoner en het licht mooier. Ik weet niet zo goed hoe ik het moet beschrijven, maar het doet wat met me. Toch ben ik weer later weer terugverhuisd naar Groningen, maar het werd geen succes. Via Delfzijl ben ik in 2020 toch weer in Appingedam terechtgekomen."
Mensen zijn elkaars tegenstander geworden
"Ondertussen zie ik hoe het gezicht van Groningen verandert door de aardbevingsproblematiek. Als fotograaf sta ik er vaak met de lens bovenop. Zoals hier in Appingedam waar een hele wijk wordt gesloopt en herbouwd. De operatie is zo massaal dat de ziel van Groningen verdwijnt. Dat is misschien een groot woord, maar het doet wat met de mensen.
Hier in de wijk zijn in sommige straten de verhoudingen compleet verstoord. De willekeur van de schadeafhandeling en versterking zorgt ervoor dat mensen geïsoleerd raken. Je durft het bijna niet meer met je buren te bespreken. Mensen zijn elkaars tegenstander geworden."
Vergeten in de modder
"Door de massaliteit van de operatie is de vergankelijkheid in deze wijk groot. Met mijn camera probeer ik dat vast te leggen. Als herinnering voor iedereen die het maar wil zien. Als een huis wordt gesloopt, wordt het eerst leeggehaald door de slopers. Je vindt soms op straat complete huisraden. Voor mij als fotograaf zijn dat pareltjes. Ze vertellen een verhaal.
"Zo vond ik in de Gerrit Raapstraat een grote handgemaakte leren reiskoffer. Prachtig gemaakt en helemaal verweerd. Daarop waren stickers geplakt van bestemmingen. Bandoeng-Java kon ik nog lezen. 'Van wie is deze koffer?’' vraag ik mij dan af. En 'waarom ligt zoiets moois achteloos in de modder vergeten te zijn?’ Rondom de koffer lagen ook boekjes, zoals: 'De reis om de wereld in tachtig dagen' en 'Het ritme van de flamenco'."
Het lege huis waar Sara haar verjaardag heeft gevierd
"Ergens in de wijk trof ik een leegstaand huis aan dat klaar is voor de sloop. Toen ik door het raam naar binnen keek, zag ik dat er in vrolijke kleuren op de muur was geschreven. 'Mijn Saar is 20 jaar', zoiets stond er. Blijkbaar heeft zij daar gewoond en heeft ze in het verlaten huis haar verjaardag gevierd. Of het was gewoon een baldadige daad. Je weet het niet, maar je kan je er van alles bij voorstellen."
In de kou
"Voor de krant heb ik 101 bevingsslachtoffers geportretteerd voor de serie 'Ik wacht' Zij vertelden over hun leed als gevolg van de gaswinning. De gemene deler is dat ze zich door de overheid in de steek gelaten voelen. Onder leiding van premier Rutte zijn allerlei organisaties opgericht die de problemen wel zouden oplossen: CVW, NCG, TCMG en nu het IMG. De Groningers moesten niet meer zo zeuren. Terwijl al die organisaties juist alleen maar voor vertraging hebben gezorgd. De overheid heeft ze gewoon in de kou laten staan.
Het dichtdraaien van de gaskraan is natuurlijk een belangrijk signaal van de regering om te zeggen dat ze de problemen hier wel degelijk serieus nemen. Maar als je vervolgens meer gas gaat winnen dan beloofd, dan bevestigt dat het wantrouwen van de Groningers. Dit soort geintjes moet je niet flikken in Amsterdam of Rotterdam.'
We moeten ermee leren leven
"Zelf heb ik er geen last van. Aan mijn vorige huis had ik aardbevingsschade. Het was niet veel en is netjes opgelost. Maar ik heb het te doen met de mensen die ermee worstelen. Het leed ligt hier voor het oprapen. En dat valt niet zomaar te compenseren met een zak geld. Daarvoor heeft het te lang geduurd. Een geamputeerd been kan je ook niet meer terugzetten.
Tegelijkertijd zie ik ook dat mensen in hun leed blijven hangen. Of het groter maken dan dat het is. Je hoeft het verleden niet te vergeten en het verdriet is terecht, maar je moet ook door met je leven. Er is hier zestig jaar gas gewonnen, als de kraan straks dicht is, gaan de bevingen nog jaren door. We moeten er mee leren leven."