Verder naar inhoud
Terug naar overzicht

Boek werpt licht op juridisch en bestuurlijk labyrint

41.jpg

Uit handen van hoogleraar Fokko Oldenhuis ontving voorzitter Bas Kortmann van de TCMG gisteren het eerste exemplaar van het boek ‘Monografieën privaatrecht, juridische aspecten van gaswinning’. Het boek beoogt licht te werpen op het labyrint van regelingen rond schadeafhandeling.

 

Elf juristen schreven mee aan de uitgave waarvan de auteurs de opbrengsten geheel ter beschikking stellen aan verder onderzoek voor de volgende uitgave. Het moet een hulpmiddel vormen voor professionals, burgers en studenten, om grip te krijgen op de complexe materie van de afwikkeling van mijnbouwschade in Groningen.

De vinger op de zere plek

Voorzitter Bas Kortmann: “Het boek legt terecht de vinger op de zere plek waar het gaat om de bestuurlijk complexiteit die een veelheid van instanties veroorzaken. Ik zal daar als kwartiermaker voor de oprichting van het nieuwe Instituut Mijnbouwschade Groningen aandacht voor blijven vragen. De auteurs bevestigen daarbij het grote belang van onafhankelijkheid, wat wij ons zeer ter harte nemen.”

Rechtspositie van de burger

De uitreiking vond plaats in aanwezigheid van hoogleraar Oldenhuis, als ook hoogleraren Jan Brouwer en Herman Bröring. Kortmann complimenteerde hen met hun werk en hun inzet voor de verbetering van de rechtspositie van de Groningse burger die teveel in de verdrukking kwam tegenover de NAM en de Nederlandse staat.

‘TCMG slagvaardiger’

Volgens Oldenhuis is de TCMG goed op weg en steeds slagvaardiger bezig. “De enige vraag die politici in Den Haag zouden moeten stellen is hoe ze de TCMG kunnen helpen haar werk nog beter te doen.” Bij de uitreiking hield hij daarbij het pleidooi voor de Groningers om samen met de TCMG ‘de rijen te sluiten.’

Tijdelijke Wet Groningen

Juist vandaag werd er in een hoorzitting in de Tweede Kamer gesproken over de nieuwe Tijdelijke Wet Groningen waarin onder andere de oprichting van het Instituut Mijnbouwschade Groningen is geregeld met daarbij uitbreiding van de mogelijkheid om meer soort schade te vergoeden. Zoals de waardedaling van Groningse huizen en immateriële schadevergoeding (smartengeld).